vrijdag 27 april 2012

Hoe om te gaan met paarden


Zoals iedereen wel weet zijn paarden grote dieren die een enorme kracht bezitten. Zelfs de shetlander, één van de kleinste ponyrassen ter wereld, bezit een grote kracht. Om goed met paarden en pony’s om te gaan, is het van belang om te weten hoe een paard in elkaar zit en hoe het dier reageert op bepaalde omstandigheden. Deze omgang zal het beste zijn voor mens en paard, en zorgt ervoor dat er zo min mogelijk ongelukken gebeuren.

Waarom is de omgang met paarden belangrijk

De manier waarop wij omgaan met paarden en pony’s is heel belangrijk. Het paard is namelijk vele malen groter, zwaarder en sterker dan de mens, wat gevaarlijke situaties kan opleveren. Wanneer wij op een onjuiste manier met paarden omgaan, is dit namelijk vragen om grote problemen, soms zelfs met dodelijke afloop. Om veilig samen te werken met paarden, is het belangrijk om te weten hoe de geest van een paard in elkaar zit.
Wie niet weet hoe een paard denkt, leeft en reageert, zal in de ogen van het paard al snel grote vergissingen maken, met alle gevolgen van dien. In Nederland gebeuren er jaarlijks al duizenden ongelukken met paarden. De meeste van deze ongelukken worden veroorzaakt door de mens zelf omdat de persoon in kwestie op een verkeerde manier met het paard communiceert. Wanneer de mens (in de ogen van het paard) een fout maakt, zal het paard in protest komen en dit haast altijd winnen. Om er dus voor te zorgen dat de samenwerking tussen man en paard op een juiste manier gebeurt, moeten wij, de mens, het gedrag van het paard beter observeren en hiernaar handelen. Ook moeten wij bij het werken met paarden rekening houden met de verschillende karakters van paarden. Een dominant paard benader je al op een heel andere manier dan een paard dat heel erg onderdanig van karakter is.
Vroeger, en dan spreek ik niet over eeuwen geleden, maar eerder over tien, twintig jaar geleden, werden paarden vooral met ‘harde hand’ behandeld. Dat wil zeggen dat het paard met geweld gedwongen werd om zich te onderwerpen aan de mens. Elk paard moest volgens de mensheid hetzelfde reageren, er was geen andere weg mogelijk. Hoe het karakter van het dier was, was in dit opzicht niet belangrijk. Vandaag de dag wordt er heel anders gebruik gemaakt van paarden – uitzonderingen altijd daargelaten. In deze tijden proberen wij het paard op een vriendelijke manier naar ons te laten luisteren, en wij respecteren het karakter en de persoonlijke omstandigheden van een paard. Het resultaat hiervan is dat de omgang met paarden sterk verbeterd is, en dat er al minder ongelukken gebeuren dan bijvoorbeeld vijfentwintig jaar geleden. Toch, en dat moet nadrukkelijk gezegd worden, gebeuren er nog té vaak ongelukken met paarden, omdat veel mensen nog niet weten hoe ze precies met een paard om moeten gaan…

Het gedrag van een paard

Al vanaf het moment dat het paard geboren is, bezit het nog jonge paard een instinctief gedrag. Immers, al snel na de geboorte zal het veulen gaan staan en op zoek gaan naar de uier van de moeder, om te gaan drinken. Niemand heeft dit veulen verteld dat het moet gaan staan en gaan drinken, dit doet hij geheel uit zichzelf. Dit noemen wij het ‘instinct’. Het gedrag is dus aangeboren, en niet aangeleerd door de omgeving. Deze handelingen (bijvoorbeeld het opstaan en het drinken van een veulen) wordt niet doelbewust uitgevoerd, het is aangeboren en doelmatig. Het veulen heeft gewoon de drang om te gaan drinken, maar hij heeft hier nog niet over nagedacht.
Het instinct wordt veroorzaakt door een ‘drift’ (zoals wij bijvoorbeeld de driften ‘geslachtsdrift’, ‘honger’ en ‘dorst’ kennen). Deze drift is de aanzet tot de instinctieve handeling. Een hengst zal nooit gaan paren met een merrie als de drift er niet is, en geen enkel paard zal gaan eten als deze drift niet bestaat. Het instinct van een paard is dus eigenlijk het antwoord van het dier zelf op een bepaalde drift.

Vluchten voor zijn leven

Zoals je misschien wel weet, is het paard van nature een vluchtdier. Het paard wordt onderverdeeld onder de prooidieren, en is geen roofdier. Een roofdier doodt andere dieren om zich ermee te voeden, en daar is bij het paard geen sprake van. Het paard leeft van planten, en zoekt deze op. Maar, er zijn wel roofdieren die op het paard jagen, neem een voorbeeld aan de leeuw en tijger. Een voorbij wandelend paard zal voor de leeuw een lekker maaltje zijn.
Het paard kan zich zeer moeilijk verdedigen tegen roofdieren, het paard heeft dan ook enkel de mogelijkheid om heel hard te vluchten, weg van de roofdieren. Dit is ook de reden waarom een paard in galop wel een snelheid van 60 kilometer per uur kan bereiken. Wanneer een paard zich echt in het nauw gedreven voelt en vluchten niet mogelijk is, zal het paard zijn belager (de leeuw, maar ook bijvoorbeeld de mens) letterlijk van zich afschoppen door met zijn achterbenen te gaan ‘slaan’. Ook kan het paard ter verdediging gebruik maken van zijn tanden.
Zelfs een paard dat in een stal geboren is en al zijn gehele leven gewend is aan mensen, zal het instinct om te vluchten nog in zich hebben. Het dier zal dus altijd alert zijn op gevaar, en zal zelfs op gevaar reageren wanneer een ander paard een signaal afgeeft dat er gevaar in de buurt is. De reactie van het paard op gevaar zal als eerst een schrikreactie zijn, gevolgd door paniek. Daarom komt het ook voor dat u ziet dat er een hele kudde paarden op de vlucht slaat. Wanneer één paard immers via signalen zegt dat er een vijand op de loer ligt, zal de hele kudde in rep en roer zijn en zal het alles in werking zetten om aan het ‘roofdier’ te ontkomen. Het zal u dan ook niet raar in de oren klinken dat een geschrokken paard een kettingreactie in werking kan zetten en zo de grootste schade aan kan richten in en aan zijn omgeving (of dit nu een houten hek of een mens is, dat maakt voor het paard niet uit!).

Paarden zijn kuddedieren

Zoals je misschien al weet zijn paarden echte kuddedieren, waarmee het paard een sociaalvoelend dier is. Wanneer een paard alleen is, zal het hier een hekel aan hebben, en zal op elk mogelijke manier proberen om zich aan te sluiten bij soortgenoten. Paarden die door mensen gehouden worden, staan over het algemeen het grootste deel van een etmaal op stal. Je zult begrijpen dat dit eigenlijk tegen de natuur van het paard indruist. Een paard is, zoals al eerder gezegd, een vluchtdier en voelt zich het meest thuis in een kudde. In een kudde zijn er namelijk meerdere paarden die op gevaar letten, en twintig paarden zien meer als één enkel paard. Een paard dat alleen leeft, bijvoorbeeld op stal, loopt dus veel meer gevaar om aangevallen te worden door ‘roofdieren’!
In de kudde bestaat er een sterke rangorde, waar elk paard apart zich aan dient te houden. Alleen op deze manier kan de kudde optimaal functioneren. Elk paard dat nieuw in de kudde komt, zal moeten vechten om zijn plaats op te eisen en zo een hogere rang binnen de kudde te krijgen. De alfamerrie (de merrie die het hoogste in rang staat in de kudde) zal altijd de leiding hebben, wat er ook gebeurt. Als ze gaan eten, zal zij het beste eten krijgen. Het paard dat het laagste in de rangorde staat, staat het meeste bloot aan gevaar, en zal alleen het slechtste eten krijgen wat er te vinden is. Deze rangorde dient ook te bestaan tussen de eigenaar van het paard en het paard zelf. De mens moet in dit geval de functie van alfamerrie op zich nemen en de leiding nemen. Doet men dit niet, dan zal het paard uiteindelijk proberen de ‘baas’ van de kudde te worden, wat zeer gevaarlijke situaties met zich mee zal gaan brengen. Met het juiste gedrag en de goede mentaliteit moeten wij het paard dus laten weten dat wij de baas zijn, de ‘alfamerrie’, en dat het paard de ondergeschikte is en al onze bevelen dient op te volgen. De mens moet dit op zo’n manier duidelijk maken, dat het paard ook begrijpt wat onze bedoelingen zijn en wat wij van het dier verwachten. Kennis van de ‘taal van de paarden’ is dan ook van groot belang!
Wanneer de mens niet de leider is over het paard, maar het paard zelf alles voor het zeggen heeft, kan dit zeer gevaarlijke gevolgen hebben. Er gebeuren dan logischerwijs ongelukken, soms zelfs met dodelijke afloop! En dat is iets wat wij niet willen zien, we hebben paarden om mee te werken of om lekker op te rijden, en dat moet wel volgens onze regels gebeuren, en niet volgens de regels van het paard. Hierbij wil ik niet zeggen dat wij het paard met harde hand duidelijk moeten maken wie de baas is. Een dier met harde hand aanpakken is vaak zeer moeilijk, en kan al snel het doel voorbij schieten, waarbij we juist een paard is die veel agressiever zal worden en weigert nog te luisteren.
Wanneer je wilt dat jouw paard doet wat jij vraagt, zorg dan ook dat dit gebeurt! Maar probeer hierbij wel om geen geweld te gebruiken, het paard moet leren om jou te gehoorzamen, maar ook dat het paard je kan vertrouwen. Het paard moet in jou de alfamerrie zien, een ‘paard’ dat hij kan vertrouwen en nooit zal liegen tegen het paard. Probeer dit dan ook al zo vroeg mogelijk bij het paard duidelijk te maken. Is het paard bang, dwing hem dan vooral niet om het tóch te doen. Is het paard bijvoorbeeld bang om in een plas water te lopen, ga dan geen geweld gebruiken. Stap liever zelf in de plas met water (al staat u tot uw middel in het water), en laat aan uw paard zien dat er niets gebeurd als je in het water staat. Ga stap voor stap een stapje verder de plas in en laat het paard op zijn eigen tempo jou gaan volgen. Je zal al snel merken dat dit een beter resultaat geeft dan wanneer u het paard gaat dwingen om de plas in te gaan!

Paarden hebben een goed geheugen

Paarden zijn dieren met een perfect geheugen. Dit houdt in dat het paard in staat is om nieuwe dingen te leren. Zo maken wij bij het beleren van paarden gebruik van het feit dat het dier een gewoontedier is, er wordt namelijk ingespeeld op het aangeboren goede geheugen. Wanneer wij het paard op het juiste moment belonen (of straffen), zal het paard deze ervaring opslaan in zijn geheugen, waardoor het paard in de toekomst hetzelfde zal doen (bij beloning) of juist vermijden (bij straf). Wanneer wij dezelfde oefening steeds blijven herhalen op dezelfde manier als de keer ervoor, en om het op dezelfde plaats te doen, zal het paard het gevraagde uiteindelijk uitvoeren zonder dat u nog hoeft uit te leggen wat u van het paard verlangt. Vooral beloning en consequent gedrag zijn zeer belangrijk bij het beleren van paarden.

Hoe moet ik nu omgaan met een paard

Hoe moet je nu eigenlijk omgaan met een paard? Het is zo dat elk paard een andere omgang verlangt, het ene paard zal ook meer gestraft/beloond moeten worden dan het andere paard. Net als mensen verschillen paarden onderling ook van karakter, zodat wij niet de mogelijkheid hebben om elk paard op dezelfde manier te behandelen. Toch zijn er enkele punten die overeen komen en die je in acht kan nemen tijdens de omgang met paarden.
Ten eerste moet je erop attent gemaakt worden dat veiligheid voorop staat, het paard is immers nog steeds een vluchtdier en wanneer het nodig is zal zijn instinct de overhand nemen. Het karakter van het paard speelt hierbij een grote rol, een schrikachtig of dominant paard zal doorgaans vaker voor problemen zorgen dan een rustig paard wat weinig schrikt. Ook moeten wij bedacht blijven op de kracht die een paard bezit. Of wij het nu willen of niet, het paard zal altijd sterker blijven dan de mens. Ons doel is om ervoor te zorgen dat het paard niet terugschiet in zijn instinctieve gedrag en dat het dier zijn krachten niet in de strijd zal werpen.
Paarden zijn dieren die snel schrikken, dit komt onder andere door het andere zicht die paarden hebben ten opzichte van de mens. Wij moeten als mens al vroeg bedacht zijn op de dingen die het paard aan het schrikken kunnen maken (bijvoorbeeld een opwaaiende plastic zak, een dichtklappende deur, spelende kinderen in de buurt enzovoort). Let er ook op dat je zelf geen dingen doet of rare geluiden maakt die het paard onrustig kunnen maken en blijf ten aller tijden in contact met het paard staan. Wanneer je paard toch geschrokken is, stel hem dan gerust door op een rustige, lage toon tegen het dier te praten. Aai het dier ook. Ga niet flink met je handen zwaaien, vlug en op een hoge toon praten. Dit zal het dier alleen nog maar meer in paniek maken, en dat is iets wat je juist wilt vermijden!
Wanneer je met paarden werkt, moet je altijd rekening houden met de achterbenen van een paard. Zelfs een mak paard kan met de achterbenen slaan (= trappen). Dit hoeft nog niet eens te betekenen dat het paard dit doet uit kwade wil, maar het kan slaan met de benen als het schrikt. Wanneer je dus bezig bent met paarden dien je altijd te letten op de achterbenen van een paard (ga er dus nooit achter staan!). Ook moet je je nooit haasten als je met paarden werkt, omdat je in je haast sneller fouten maakt, het paard kan daarop reageren door te gaan slaan of bijten. Wanneer je met paarden werkt, moet je ten alle tijden de reacties van het paard in de gaten houden. Oren van het paard die plat in de nek liggen, ogen waar  veel wit te zien is, wanneer het paard heftige bewegingen met de staart maakt, dit zijn allen tekenen die ons erop wijzen dat het paard onrustig is, wij dienen in dit geval zeer alert te zijn op een gevaarlijke situatie! Voordat je een handeling bij een paard gaat uitvoeren, moet je het paard duidelijk maken wat je van plan bent, als het paard staat te eten, moet je hem altijd met rust laten!

Conclusie

Wanneer je met een paard aan het werk bent, moet je je altijd bedacht zijn op situaties die gevaarlijk kunnen zijn voor u, voor het paard en voor de omgeving. Een ongelukje zit immers in een klein hoekje. Wees daarna nooit ruw naar je paard toe (met ‘harde hand’ werken), en voer geen handelingen uit waarbij u het vertrouwen van het paard in jou kan kwijtraken. Toch moet je wel degelijk streng zijn naar je paard toe. Wanneer jij iets van je paard vraagt, moet jouw paard ook gehoorzamen. Luistert jouw paard niet, maak hem dan op vriendelijke, doch dringende wijze duidelijk dat jij gehoorzaamheid wilt zien van jouw paard. Ook wanneer jouw paard zich agressief gedraagt, moet je hem heel beslist corrigeren, alhoewel dit voor een beginner zeer zeker geen makkelijke taak is.
Twijfel je over iets? Wees dan niet bang en vraag informatie en raad aan iemand met veel ervaring met paarden. Doe je dit niet, en ga je gewoon je eigen gang, ben je bezig een zeer gevaarlijke situatie te creëren. Vraag liever tien keer informatie wat stom lijkt, dan dat je geen informatie vraagt en er een ongeluk gebeurt!

1 opmerking:

  1. Goede site dit!
    Ik ben 14 jaar, en ben vanaf me 2e al bij paarden en rij al vanaf me 4e.
    Zelf heb ik een klein welshje die vroeger ernstig is verwaarloosd en mishandeld bij zijn 1e 2 eigenaren, hij was toen nog niet eens 1 jaar!! hij is altijd nog schrikachtig en bang, en houdt van 1 persoon, en dat ben ik. hij is nu 3,5 jaar oud. Ga zo door met deze blog/site!!

    Groetjes
    Lianne

    BeantwoordenVerwijderen