vrijdag 27 april 2012

Het medisch model


Rond de zeventiende eeuw ontstond het medisch model. Dit model is ontstaan nadat er in de geneeskunde een nieuwe benadering was van mens en ziekte. In deze tekst lees je alles over het medische model.

Meer kennis

Het begin van het medisch model werd opgericht toen men erachter kwam dat de mens bestaat uit een lichaam en een geest. Omdat artsen het lichaam zo goed mogelijk wilden onderzoeken, richtten zij zich steeds meer op kleine delen en functies van het lichaam. Dit werd het reductionisme genoemd.
In de periode 1600 – 1900 kwamen de artsen er steeds beter achter hoe het menselijk lichaam in elkaar zit, maar ook hoe het functioneerde. Door deze verandering kregen doktoren almaar meer kennis over verschijnselen, oorzaak en gevolg van het niet of niet goed functioneren van lichaamsonderdelen. In het medisch model wordt ‘ziekte’ dus gezien als een afwijking aan de weefsels of organen.
De mogelijkheden om ziekten op te sporen en te behandelen namen door het medische model toe. Geneeskunde was niet meer een onbegrijpelijk iets, het werd een puzzel dat opgelost moest worden. Vanaf het jaar 1600 was er een sterk vooruitgangsgeloof. Iedereen was ervan overtuigd dat de ontwikkelingen in de geneeskunde goed waren en bijdroegen aan gezondheid van de mensheid.

Ontwikkelingen in de geneeskunde

Dankzij het medisch model (waarbij artsen steeds meer over het menselijk lichaam te weten kwamen) werden er steeds meer ontdekkingen gedaan. In 100 jaar tijd werd er namelijk meer bekend over het menselijk lichaam en ziekten dan in de honderden jaren daarvoor. Deze vooruitgangen zorgden ervoor dat in het begin van de twintigste eeuw de gezondheidssituatie sterk verbeterde. Dit kwam door de ontwikkelingen in de geneeskunde, in samenhang met verbeterde leef-, woon- en werkomstandigheden. Artsen hadden ontdekt hoe zij infectieziekten en gebreksziekten konden behandelen, zodat de sterfte ten gevolge hiervan drastisch daalde. De levensverwachting van de bevolking steeg ook.

Chronisch degeneratieve ziekten

Medici hadden rond 1900 de droom dat in de toekomst alle ziekten, gebreken en lijdenswegen de wereld uit geholpen waren. Helaas is deze droom niet uitgekomen. Anno 2010 zijn vooral de chronisch degeneratieve ziekten een groot probleem voor de medisch behandelaars. Chronisch degeneratieve ziekten zijn welvaartsziekten die een grote bron van zorg vormen. Ze worden vooral in westerse landen gezien. Ook AIDS speelt al decennia lang de hoofdrol in één van de grootste nachtmerries van artsen. Nog steeds is er geen genezende behandeling gevonden voor deze ziekte, waaraan jaarlijks vele miljoenen mensen sterven.

Wet op Uitoefening Geneeskunde

Naast het feit dat de gezondheidsproblematiek sterk is veranderd, is de gezondheidszorg ook drastisch veranderd. In 1865 kwam er een nieuwe wet, namelijk de Wet op de Uitoefening van de Geneeskunst. Deze wet beschreef dat alleen een arts die universitair opgeleid was de bevoegdheid kreeg om de geneeskunde uit te oefenen. In de jaren daarna namen ook de macht en de invloed van de medische wetenschap toe.

Meer kennis en meer werk

Omdat er steeds meer nieuwe mogelijkheden waren op het gebied van geneeskunde, zorgde dit ervoor dat er meer banen vrijkwamen in de gezondheidszorg. Ook kwamen er meer geld en middelen vrij om onderzoek te doen, voor preventie, behandeling en verpleging. Het moge wel duidelijk zijn dat de gezondheidszorg zich vanaf dat moment enorm uitbreidde.
Deze uitbreiding van de geozndheidszorg en de werkgelegenheid zorgde ervoor dat artsen zich steeds meer specialiseerden. Bijna voor elke aandoening, ziekte en probleem bestaat vandaag de dag een aparte medische voorziening. De voorzieningen zijn op elk deskundigheidsgebied verschillend.

De mens wordt niet gezien als mens

Omdat er in de medische wereld vaak gewerkt wordt met het medische model, wordt er doorgaans gekeken naar de ziekte. De persoon die de ‘eigenaar’ is van de ziekte, wordt vaak niet gezien door artsen. Aan de ene kant klinkt dit heel wreed en mensonterend, maar er zit ook logica achter. Door de ziekte los van de persoon te zien, zal een behandelend arts optimaal in staat zijn om het aangedane orgaan of weefsel te onderzoeken en te behandelen. Wanneer dit niet het geval zou zijn en de arts te veel meeleeft met zijn patiënt, is de kans groot dat de geneeskundige zijn werk niet meer naar behoren uit zal voeren.

Wilt u een nummertje trekken?

Dat neemt echter niet weg dat patiënten zich bij een bezoek aan een arts geen mens meer voelen. Zij voelen zich als een nummertje, een nummer van een bepaalde puzzel die opgelost moet worden. Ook vinden de meeste mensen dat er in de gezondheidszorg te weinig aandacht besteedt wordt aan de psychosociale oorzaken en gevolgen van een aandoening. Al sinds het medische model bestaat, zijn er klachten over. De klachten zijn de laatste decennia flink gestegen.

Holisme

Doordat er steeds meer klachten kwamen van patiënten, begonnen geneeskundigen de medische wereld vanuit een ander oogpunt te bekijken. Ze hebben een nieuwe manier van denken aangeleerd over de mens, gezondheid en ziekte. Deze manier van denken noemt men het ‘Holisme’. Bij het holisme wordt er veel meer gekeken naar de patiënt zelf (als mens, niet als nummer) en wat een ziekte voor gevolgen kan hebben voor de patiënt zelf.

1 opmerking:

  1. Hoi Hikari,

    zou je kunnen vertellen waar je deze informatie hebt gevonden? De manier waarop je het uitlegt is heel duidelijk, maar een blog is voor een werkstuk niet een goedgekeurde bron :)

    BeantwoordenVerwijderen