woensdag 25 april 2012

Afstamming en domesticatie van paarden


Iedereen weet dat het paard van nature in het wild leefde. De mens heeft in de loop der eeuwen het paard gedomesticeerd zodat het paard voor de mens kon werken.

De voorouders van het paard

Net als de zebra en de ezel behoort het paard tot de onevenhoevigen. Met onevenhoevigen wordt bedoeld dat het aantal hoeven per been oneven is. Een paard heeft per been één teen, maar er zijn ook diersoorten met drie tenen (de tapir) of met vijf tenen (de neushoorn).

De eerste paarden in gevangenschap

In het begin, zo’n 5000 jaar geleden, was het paard enkel gedomesticeerd om te dienen als slachtdier. Deze vorm van domesticatie werd niet alleen bij het paard gezien, maar bijvoorbeeld ook bij de koe en het schaap. De eerste paarden die in gevangenschap werden gehouden waren klein, en hadden het formaat van een Shetlander. Pas vele eeuwen later werd het paard niet alleen als slachtdier gehouden, maar werden de paarden ook als lastdier ingezet, enkele honderden jaren daarna werd het paard ook gebruikt als trekdier. Om de oorlogen makkelijker te maken, begonnen de mensen het paard ook aan te spannen voor strijdwagens. Zo konden zij meerdere spullen tegelijk vervoeren, en grotere afstanden afleggen dan ooit voor mogelijk was gehouden.
Naar schatting begon men een jaar of 3000 geleden het paard te berijden. De paarden werden niet alleen bereden als een nieuwe vorm van vervoer, maar het paard werd ook beleerd en bereden voor oorlogsdoeleinden. In die periode hadden de gedomesticeerde paarden een gemiddelde schofthoogte van 130 – 140 centimeter (uitzonderingen daargelaten) en werd er onderscheid gemaakt in typen. Zo waren er zwaardere en lichtere paarden, grotere paarden en kleinere paarden. De fokkerij werd ook steeds verder ontwikkeld en er werd gefokt naar de vraag. Waren er veel oorlogspaarden nodig, dan werden er veel zwaardere paarden gefokt. Wilde men liever een paard zodat zij sneller van dorp naar dorp konden? Dan was een lichter paard veel beter. Door de eeuwen heen is de paardenfokkerij steeds meer ontwikkeld, waardoor wij vandaag de dag honderden verschillende paarden- en ponyrassen kennen.

Een veelzijdig dier

De mens heeft in de loop der eeuwen ontdekt dat het paard een veelzijdig dier is. Omdat het paard over veel kracht bezit, is het paard geschikt om werktuigen en wagens te trekken. Omdat het paard zich snel kan voortbewegen, is men het paard gaan berijden, om zo langere afstanden af te kunnen leggen. Daarnaast heeft men ook gezien dat het paard zeer geschikt is voor het hoeden van vee. Zonder het paard was het houden en hoeden van vee vele malen moeilijker. Het paard zorgt ervoor dat de cowboy of de veehouder veel meer dieren kan huisvesten zonder extra personeel in dienst te nemen. Sinds de laatste paar eeuwen wordt het paard ook gebruikt om recreatief mee te rijden in verschillende takken van sport. Ook is het paard uitgegroeid tot een diersoort dat kan uitblinken in sport.

Paarden als slachtdier

Hoewel het paard vandaag de dag vooral wordt gebruikt in de sport, worden paarden ook nog steeds gehouden voor de voedselindustrie. Doorgaans worden vooral de trekpaardrassen gefokt voor de vleesindustrie, omdat zij veel ‘vlees op het bot’ hebben en dus meer opleveren dan bijvoorbeeld een Engels Volbloed.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten