dinsdag 1 mei 2012

Paardensport: dressuur


Paardrijden is één van de meest beoefende sporten ter wereld. Dit artikel zal uitgebreid ingaan op de dressuursport, hoogstwaarschijnlijk de meest beoefende tak van paardensport.

Wat is dressuur

In de paardensport zijn verschillende takken te zien, waaronder dressuur. Onder dressuur wordt het gymnastiseren en het gehoorzaam maken van het paard door de ruiter verstaan. Dressuur is daarmee de basis van alle andere ruitersporten, als western, springen, polo en dergelijke. Maar dressuur wordt niet alleen toegepast om paarden klaar te stomen voor andere takken van paardensport, dressuur wordt ook gezien als een aparte tak in de wedstrijdsport, waar zeer hoge resultaten mee geboekt kunnen worden.

De training van dressuur

Zoals je misschien wel weet, is een paard van nature niet gebouwd om een mens op zijn rug te dragen. Daarom is het voor de ruiter zeer belangrijk om te leren onafhankelijk in balans te zitten, om de bewegingen van het paard te volgen en de hulpen aan het paard onafhankelijk van elkaar te geven. Dit heeft als doel dat de ruiter zijn of haar spieren afzonderlijk van elkaar leert gebruiken en dat hij het paard tijdens het rijden niet stoort in de bewegingen. Ook is het bij dressuur belangrijk dat het paard zijn lijf op een goede, correcte manier gebruikt en dat het dier plezier heeft in het werk. Tijdens het trainen van paarden (of het nu een springpaard, een dressuurpaard of een westernpaard is) zal men gebruik maken van de natuurlijke bewegingen van het paard en van zijn instinct van kuddegedrag. De mens zal de leider van de kudde worden, waarbij het paard de leider zal gaan volgen. Ook het instinct van vluchtgedrag wordt tijdens het trainen van paarden ingezet, door het paard te leren snel te reageren op de beenhulpen van de ruiter. Het paard zal ‘vluchten’ voor de benen van de ruiter enzovoort.

Doelstellingen van de Klassieke Dressuur

De Klassieke Dressuur heeft een aantal doelstellingen op papier gezet waaraan ruiter en paard moeten voldoen als zij dressuur willen gaan beoefenen. Deze doelstellingen zien er als volgt uit:
  • Takt: elke pas die het paard maakt moet met dezelfde kracht, regelmaat en afdruk gemaakt worden. Dit houdt in dat alle passen gelijk zijn in hetzelfde ritme.
  • Ontspanning: het paard en de ruiter dienen zichzelf zowel mentaal als fysiek te ontspannen.
  • Aanleuning: er moet een constante, ontspannen verbinding van de achterhand naar de voorhand van het paard aanwezig zijn, welke weer terugleiden naar de hand van de ruiter. Dit houdt in dat het paard de ruiter aan beide teugels dezelfde, ontspannen verbinding geeft en dat het paard ten alle tijden de hand van de ruiter volgt.
  • Impuls: met impuls wordt de  voorwaartse drang van het paard, opgewekt en gecontroleerd door de ruiter, bedoeld. In het kort wordt hiermee bedoeld dat het paard bij elke pas de ruiter het gevoel geeft dat het dier uit zichzelf voorwaarts wilt gaan, in een tempo die door de ruiter bepaald wordt.
  • Rechtgerichtheid: hiermee bedoelen wij een paard dat in balans loopt, waarbij het dier zijn gewicht zowel aan de linker- als rechterzijde gelijk verdeelt, en dat zijn spieren aan beide zijden even lenig en sterk zijn. Kort gezegd: het paard is aan twee kanten gelijk en loopt even simpel linksom als rechtsom.
  • Verzameling: dit houdt het gewicht in dat het paard op zijn achterhand draagt. Door het snel leren optillen van het achterbeen en het onder de massa te brengen, zal het paard meer gewicht gaan dragen op de achterhand. De graad van de verzameling hangt onder andere af van de scholing van het paard en de graad van africhting. In duidelijke taal wordt er met de verzameling bedoeld dat het paard zijn gewicht in meer of mindere mate op de achterhand draagt.
Volgens de Klassieke Dressuur dienen de zes bovenstaande doelstellingen tegelijkertijd nagestreefd te worden, aangezien deze doelstellingen allen met elkaar in verband staan. Omdat de punten met elkaar in verband staan, kunnen zij dus ook niet los van elkaar gezien worden. Zo is er bijvoorbeeld een voorwaartse drang nodig (in combinatie met een tempocontrole; ook wel impuls genoemd) om een betere balans te verkrijgen (rechtgerichtheid). En zo zal een betere balans er weer  voor zorgen dat het paard gemakkelijker voorwaarts loopt en dat het dier zijn tempo beter en gemakkelijker kan beheersen.

De dressuursport

In de paardenwereld is het een voorwaarde om de basisdressuur te beheersen voordat het paard andere disciplines kan beoefenen. Dit is bijvoorbeeld heel duidelijk te zien bij de springsport, aangezien het paard minimaal één winstpunt in de dressuur behaald dient te hebben voordat het dier mee mag doen met nationale en internationale springwedstrijden.
Er zijn een aantal landen die zeer sterk zijn binnen de dressuursport en waar veel ruiters en paarden op hoog niveau aan dressuurwedstrijden meedoen. Deze landen zijn Nederland, Duitsland, Spanje, Frankrijk en de Verenigde Staten. Vandaag de dag staat Anky van Grunsven, een Nederlandse amazone, wereldwijd op nummer één in de dressuursport. Ook Edward Gal, een leerling van Anky van Grunsven, is zeer bekend in de dressuursport, hij staat namelijk op nummer twee van de wereldranglijst. Deze lijst wordt samengesteld en bijgehouden door BCM en het FEI, en staat bekend als de ‘Dressage Riders’ World Rankings List’.

Klasseringen binnen de dressuursport

Er zijn verschillende klasseringen binnen de dressuursport te vinden, welke gaan van basis tot aan zeer zwaar. De klassering die er is, ziet er als volgt uit:
  • Klasse B: basis
  • Klasse L1: licht (makkelijk)
  • Klasse L2: licht (moeilijk)
  • Klasse M1: middel (makkelijk)
  • Klasse M2: middel (moeilijk)
  • Klasse Z1: zwaar (makkelijk)
  • Klasse Z2: zwaar (moeilijk)
  • Klasse ZZ: licht
  • Klasse ZZ: zwaar

Dressuurwedstrijden in Nederland

In Nederland worden de dressuurwedstrijden beoordeeld door een jury. De jury zal kijken naar de mate van gymnastisering en de beheersing van het paard.
Met de dressuurproeven die gereden worden, kunnen winstpunten behaald worden. Wanneer iemand een bepaald aantal winstpunten behaald heeft, mag deze persoon (met hetzelfde paard) doorstromen naar een klasse hoger. In dressuurklassen B tot en met M2 kan de combinatie paard/ruiter maximaal 300 punten per proef behalen, waarbij 30 handelingen getoetst worden. Wanneer de paard/ruitercombinatie tijdens een proef de handelingen met gemiddeld een 6 gereden heeft, zal de combinatie 180 punten krijgen (30 x 6 = 180, dus 180 punten). Met minimaal 180 punten krijgt deze combinatie één winstpunt toegezegd. Wanneer deze paard/ruitercombinatie 10 winstpunten verkregen hebben, hebben zij de mogelijkheid om door te stromen naar de volgende klasse. Hebben zij 30 winstpunten behaald in een bepaalde klasse, móéten zij door naar de volgende klasse. De proeven moeten gereden worden in een bak met een afmeting van 20x40 meter.
Hierbij dient wel vermeld te worden dat men in de klassen Z1 en Z2 per proef maximaal 340 punten kunnen krijgen, met in totaal 34 handelingen. Om in deze twee klassen een winstpunt te behalen, moet de combinatie minimaal 204 punten behalen (6 x 34 = 204). Ook worden de proeven in de klassen Z1 en Z2 gereden in een baan met 20x60 afmetingen, maar wanneer de accommodatie (waar de wedstrijd gereden wordt) niet beschikt over een 20x60 bak, kan er ook gereden worden in een 20x40 bak, maar daarvoor moeten de proeven wel speciaal aangepast worden.
Tijdens het rijden van de proeven zal een vakkundige jury de handelingen beoordelen. Hierbij kunnen zij een cijfer geven variëren van 0 tot 10. Een 0 zal gegeven worden wanneer de handeling niet is uitgevoerd, en een 10 staat voor uitmuntend. De 10 wordt echter zelden uitgedeeld, zelfs topsporters behalen zeer zelden een 10.

Koninklijke Nederlandse Hippische Sportfederatie (KNHS)

De Nederlandse sportfederatie voor paardensport is de Koninklijke Nederlandse Hippische Sportfederatie, ook wel afgekort als KNHS. De meeste dressuurwedstrijden worden gereden onder de regels van de KNHS, maar ook zijn er onderlinge wedstrijden, dit zijn wedstrijden die georganiseerd zijn door een vereniging of manege. Deze wedstrijden tellen niet mee bij de KNHS, en ook kunnen er tijdens deze wedstrijden geen winstpunten behaald worden. De wedstrijden die door maneges georganiseerd worden, vallen onder de Federatie Nederlandse Rijscholen, ook wel FNRS genoemd.
Voor de wedstrijden die onder de Federatie Nederlandse Rijscholen vallen, is een naslagwerk (‘verantwoord paardrijden’) waar de organisatoren zich aan dienen te houden. Hierin zijn proeven opgenomen voor dressuur, caprilli en western. Dit zijn echter enkel aanzetten voor de bovengenoemde takken van sport (dressuur, caprilli, western). Bij de jurering van deze wedstrijden zal er meer gelet worden op de paard/ruitercombinatie en zal er gelet worden op de correctheid van de hulpen die de ruiter aan het paard geeft. Zelfs wanneer het paard de handelingen niet uitvoert, zullen er toch punten toegeschreven worden als de ruiter de hulpen correct uitgevoerd heeft.

Hogeschool Dressuur

Vele mensen hebben wel gehoord over de Hogeschool (ook wel hogeschooldressuur genoemd). Hieronder verstaat men de dressuur waarbij ook de bewegingen als piaffe, passage, capriole en levade uitgevoerd worden. Deze bewegingen zijn zeer moeilijk aan te leren, en niet elk paard is hiertoe in staat. Ook is het hierbij van belang dat de paard/ruitercombinatie in orde is. Hogeschool Dressuur wordt dus gezien als het hoogste niveau in de paardensport.
Er zijn verschillende oefeningen die bij het hogeschooldressuur horen. Enkele oefeningen op de grond zijn de pirouette, passage, piaf, terre à terre en de Spaanse draf. Oefeningen boven de grond zijn onder andere de ballotade, de courbette, croupade, capriole en de levade en pesade. Deze tak van dressuursport wordt onder andere in de Spaanse rijschool te Wenen beoefend.
Men spreekt ook wel over de ‘klassieke rijkunst’ als men het heeft over Hogeschool Dressuur. Dit komt omdat de kunst van het africhten van een paard tot en met de Hogeschool zeer oud is. Hierbij dient wel gelet te worden op het volgende: een ruiter die geen vergevorderde oefeningen rijdt (dus alleen de basis), maar die wel te werk gaat volgens de klassieke methode, beoefent ook de klassieke rijkunst.
Hogeschool Dressuur wordt (helaas) niet in wedstrijdvorm beoefend. Dit wil zeggen dat er geen wedstrijden zijn voor de Hogeschool Dressuur. Het hoogst haalbare niveau waar een paard/ruitercombinatie aan kan deelnemen voor wedstrijden, is de Grand Prix, waarbij onder andere de piaffe, passage, pirouette en de wissel om de pas uitgevoerd dienen te worden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten